Over
Mijn naam is Stéphanie Teekens. Ik ben geboren in 1982 als Stéphanie Smith en kom uit een typisch Indische familie. Zo’n familie met heel veel verjaardagen, waarbij al dagen van tevoren wordt gekookt en kroepoek gebakken wordt en waar muziek een belangrijk deel van het dagelijks leven is. Zo’n familie waar ik de helft van de namen van ooms en tantes niet bij de gezichten weet te plaatsen en waar je altijd een bakje of een rantang eten mee naar huis krijgt als je bij je ouders langs bent geweest.
Naast de typische Indische gebruiken die elk Indisch gezin wel herkent, was er nog iets typisch Indisch aan onze familie. Er werd niet over het verleden gepraat. Mijn oma heb ik nooit gekend, zij is een paar jaar voor mijn geboorte overleden. Mijn opa overleed toen ik 20 jaar was. In die tijd was ik helemaal niet bezig met mijn afkomst en naast de korte verhaaltjes die mijn opa wel eens vertelde over vroeger, vertelde hij nooit wat over de moeilijke tijd die hij heeft meegemaakt. Mijn oom en mijn tante hadden wel eens geprobeerd meer te weten te komen over zijn ervaringen tijdens de Tweede Wereldoorlog en de onafhankelijkheidsoorlog die daarop volgde, maar hij liet niet veel los over die periode van zijn leven.
Toen mijn overgrootoma overleed, kwam er een archief aan brieven en foto’s onze kant op. Mijn tante Annemarie heeft zich toen hierover ontfermd en is de familiegeschiedenis ingedoken. Dankzij haar goed geordende archief ben ik achter heel veel informatie gekomen over het verleden van mijn opa en oma. Daar ben ik haar heel dankbaar voor. Op deze manier kan die informatie toch doorgegeven worden naar de volgende generaties.
Dat is ook de reden waarom ik begonnen ben met het schrijven van het boek ‘Mama, waarom zijn wij Indo’s?’
Ik wilde alle informatie die ik tegenkwam doorgeven aan mijn kinderen. Toen het idee bij me opkwam om een kinderboek te schrijven, ben ik vol in de geschiedenis van onze familie en het koloniale verleden van Nederland in Indonesië gedoken. Met als uitgangspunt om deze twee geschiedenissen voor mij één te maken en te ontdekken hoe mijn voorouders dit beleefd hebben.
Tekenen en vormgeven zijn oude liefdes die weer tot leven werden gewekt door mijn kinderen. Vroeger heb ik een aantal jaar als grafisch vormgever gewerkt en tekenen doe ik al zolang ik me kan herinneren. Mijn kinderen houden allebei erg veel van tekenen en het lijkt bij ons thuis soms wel een tekenfabriek. Blaadjes, krijtjes, pennen, potloden en stiften liggen elke dag verspreid door het hele huis. Hierdoor ging het bij mij ook weer kriebelen. Toen ik met ze mee ging tekenen, ontstond het idee om mijn familieverhaal voor hun op papier te zetten in de vorm van illustraties met een verhaal erbij. Achteraf is het meer een verhaal met illustraties erbij geworden.
Ik ben blij dat ik ons verhaal op deze manier aan mijn kinderen door kan vertellen en ik hoop dat ik meer Indo’s kan bereiken met ons verhaal. Alle Indische families hebben zo hun eigen verhaal, maar het is onze gedeelde geschiedenis die ons verbindt.